Column Bas Kok | Noords Gogme

11 december

In 2025 viert Amsterdam haar 750 jarig bestaan. De slingers zijn al opgehangen en de eerste feestjes gevierd. In het nieuwe jaar barst het officiële feest pas echt los. Zaterdag 21 juni zal de Ring A10 autovrij zijn. Feestvierders en trouwende stellen toveren het asfalt dan om tot dansvloer. Helemaal rond wordt de ring die dag niet, de A10 Noord valt erbuiten – maar soit. Tweede helft augustus staat SAIL in het teken van het stadsjubileum. Het grote slotfeest is op 27 oktober als de stad écht jarig is.

Nou, echt jarig. Met de datum 27 oktober 2024 vieren we niet de geboorte van de stad maar het tolprivilege van 1275, dat we kregen we van graaf Floris de Vijfde. Dit is het oudst bewaard gebleven papier waarin de stad wordt genoemd. Wanneer Amsterdam stadsrechten kreeg weten we niet precies. Eigenlijk was het tolprivilege meer een zwemdiploma, want een dergelijk voorrecht kreeg een plaats pas als het iets voorstelde. Het tolprivilege hield in dat Amsterdammers geen belasting hoefden te betalen als ze hun goederen door het graafschap Holland wilden vervoeren.

De belangrijkste viering van de stad draait dus om een economisch document. Een mooie illustratie dat Amsterdam in z’n essentie een stad van handelaars en koopmannen is. Dat is het altijd gebleven. Het IJ maakte de stad bijzonder goed bereikbaar voor handelsschepen vanuit heel Europa. Het water was onmisbaar, maar het waren de mensen op markten, in de haven en op de scheepswerven die onze stad groot maakten. Want je kunt nog zo gunstig liggen, zonder slimme ondernemers ben je niet succesvol.

Voor het jubileumjaar schreef ik het boek Gogme. Daarin beschrijf ik hoe Amsterdam een wereldstad werd. Het komt erop neer dat je succes nooit cadeau krijgt. Integendeel, vlak voor grote successen lag voor Amsterdam vaak de ondergang op de loer. Of het nou helse watersnoden waren, omvangrijke stadsbranden of vernietigende epidemieën, ondernemende Amsterdammers bogen een achterstand steeds weer om in een voorsprong. Met slimheid, lef en doorzettingsvermogen werd van de nood een deugd gemaakt.

Ik denk dat sommige Noordse ondernemers hier moed uit kunnen putten. Ik ken er enkele die nog steeds worstelen met de naweeën van de coronaverliezen. Anderen staan onder druk omdat hun huisvesting op losse schroeven staat. Zoals je pand vroeger kon worden weggeslagen door een vloedgolf, is het nu de stedelijke transformatie die aan de fundamenten van werkplaatsen knaagt. Tegen die ondernemers wil ik zeggen dat ze niet moeten wanhopen. Als de dagen nu letterlijk en figuurlijk donker voor je zijn, neem dan tijdens de kerst even afstand. Ga er niet van uit dat je de gemeente kunt veranderen, het komt waarschijnlijk aan op survival of the fittest. Kijk goed naar de bedreiging voor je huidige bedrijvigheid, en de achterliggende oorzaak ervan. Daar ligt mogelijk ook de nieuwe kans. Als je pand staat op een bedrijventerrein dat woonwijk wordt, kun je met enkele aanpassingen misschien particuliere klanten gaan bedienen. Misschien moet je met metalen roldeuren transparant en uitnodigend worden.

Makkelijker gezegd dan gedaan, dat snap ik. Veel Noordse ondernemers bevinden zich in buurten die zich ‘van hen af ontwikkelen’. Maar Amsterdam was altijd in verandering, het blijft geen dertig jaar hetzelfde. Waar het op aankomt is gogme – slim inspelen op de veranderende omstandigheden.